Een paar weken lang leek het erop dat een aantal politici daadwerkelijk had begrepen dat het Nederlandse ondernemingsklimaat gedurende de afgelopen jaren een aantal fikse krassen had opgelopen. Maar de spreekwoordelijke inkt van het persbericht waarmee Shell 2 februari jongstleden haar resultaten voor het boekjaar 2022 aankondigde was nog niet droog, of de gehele Nederlandse politiek van links tot rechts schoot in een Pavlov reactie. “Een woekerwinst van meer dan 42 miljard dollar! Schandalig! Buitensporig! Kunnen we als Nederlandse overheid niet een deel van die winst afromen?” In hun verontwaardiging kregen ze bijval van verscheidene organisaties, de media en massaal van gewone burgers.

Uiteraard is deze reactie voor een deel wellicht te verklaren doordat we in verkiezingstijd zitten. En uiteraard zijn veel burgers kwaad vanwege de gas- en elektriciteitsprijzen. Daarnaast zal nik vast niet de enige zijn die niet van blijdschap staat te springen als hij bij de pomp meer dan 2,10 euro mag afrekenen voor een litertje E5. Ook hebben oliereuzen als Shell bij een deel van de bevolking hun sympathie verloren, omdat de oliereuzen verantwoordelijke worden gehouden voor de klimaatverandering. Shell schijnt ook een bedrijf te zijn waarvan menig Nederlander in de veronderstelling schijnt te zijn dat zij geen belasting betalen omdat het een multinational is en multinationals betalen nu eenmaal geen belasting. Daarnaast is de sympathie voor Shell het afgelopen jaar sterk afgenomen, omdat het haar hoofdkantoor naar Londen heeft verplaatst. En dat alleen maar omdat de Nederlandse regering haar geen ‘cadeautje’ wilde geven door de dividendbelasting af te schaffen. Dus roken politici waarschijnlijk een buitenkansje om te scoren en in te springen op de onvrede die breed leeft onder de kiezers. De kiezer wijzen op het egoïstische karakter van energiereuzen als multinationals bij wie enige sociaal besef ontbreekt en die alleen handelen in het belang van hun aandeelhouders is gericht en scoor brownies bij boze kiezer. En dus werd het massaal prijsschieten op Shell.

In de politiek en de media schijnt de onvrede zich vooral te richten op het absolute bedrag van de jaarwinst. Consequent wordt daarbij het bedrag van 42,8 miljard dollar genoemd. Naar mijn mening is dat bedrag al het verkeerde bedrag, omdat het Shell’s jaarwinst na belastingen betreft. Zuiverder zou het mijns inziens zijn te praten over de jaarwinst voor belastingen, welke bij Shell voor het boekjaar 2022 zelfs 64,8 miljard dollar bedroeg. Ik geef het toe, dat is een bedrag dat nog veel astronomischer klinkt dan de eerder genoemde 42,3 miljard dollar. Maar het geeft ook meteen aan dat Shell wereldwijd voor het jaar 2022 een bedrag van 22 miljard dollar, oftewel 33,95% van haar winst voor belasting, voor belastingen heeft gereserveerd.

De vraag die bij mij opkwam is of dat uit het absolute bedrag aan winst dat een bedrijf in een bepaald jaar realiseert de conclusie mag worden getrokken ofdat het bedrijf in dat betreffende jaar een woekerwinst heeft behaald? Om die vraag te beantwoorden is het naar mijn mening van belang om vast te stellen wat onder een woekerwinst moet worden verstaan.

De VERORDENING (EU) 2022/1854 VAN DE RAAD van 6 oktober 2022 betreffende een noodinterventie in verband met de hoge energieprijzen gebruikt niet de term woekerwinst, maar spreekt over een zogenaamd surplus aan winsten. De verordening haakt aan bij de absolute bedragen aan jaarwinst die door een bedrijf worden behaald.  Artikel 15 van deze Richtlijn definieert het surplus aan winsten als het bedrag waarmee de belastbare winst, zoals bepaald volgens de nationale belastingregels, in het boekjaar 2022 en/of het boekjaar 2023 en voor de volledige duur daarvan, boven een toename van 20 % van het gemiddelde van de belastbare winst, zoals bepaald volgens de nationale belastingregels, in de vier boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2018 overtreft. Indien het gemiddelde van de belastbare winst in die vier boekjaren negatief is, bedraagt de gemiddelde belastbare winst voor de berekening van de tijdelijke solidariteitsbijdrage nul. Dat een deel van de winst van Shell voor het boekjaar 2022 kwalificeert als een surplus aan winsten staat buiten kijf. Persoonlijk vind ik echter dat een winst die voldoet aan deze definitie niet per definitie een woekerwinst behoeft te zijn. Temeer daar de jaren 2020 en 2021 coronajaren waren en die jaren dus weleens een negatieve invloed kunnen hebben het gemiddelde van de fiscale winsten die zijn behaald in de 4 boekjaren 2018 t/m 2021 (of 2019 t/m 2022).

De Dikke van Dale definieert de term woekerwinst als: overmatige ongeoorloofde winst. Dat roept dan weer de vraag op wat de term overmatig betekent. De Dikke van Dale definieert overmatig als: “de gewone maat te boven gaand, in ongewone zeer grote mate, Synoniemen zijn: bovenmatig, buitensporig, en excessief.” De vraag is dus wat we onder een buitensporige of excessieve winst moeten verstaan?

Als fiscalist moet ik dan meteen denken aan de uitgangspunten van de transfer pricing. Groepsmaatschappijen moeten als zij diensten verlenen of goederen verkopen aan andere groepsmaatschappijen prijzen hanteren die at arm’s length, oftewel zakelijk zijn. Dat principe op Shell toepassend voor het jaar 2022 kom ik tot de volgende conclusie. De totale omzet die Shell in het boekjaar 2022 heeft behaald is 386,2 miljard dollar. De totale kosten (inclusief afschrijvingskosten) voor het boekjaar 2022 bedragen 321,4 miljard dollar. Derhalve bedraagt de door Shell behaalde winstmarge 64,8 miljard dollar. Shell heeft derhalve in het boekjaar 2022 een winstopslag van 20,16% behaald. De vraag is of dat zo’n winstopslag als exorbitant of excessief moet worden gezien. Een oordeel daarover laat ik aan u als lezer over

Laten we eens een snelle vergelijking maken tussen de boekjaren 2022 en 2021:

 

FY 2022

FY 2021

Omzet

386,2

272,7

Kosten (incl. afschrijvingskosten)

321,4

242,3

Winstmarge voor belastingen in miljard dollars

64,8

29,8

Winstmarge in procenten

20,16%

12,3%

Uit bovenstaande cijfers volgt dat de winstmarge die Shell gedurende het boekjaar 2022 heeft behaald aanzienlijk hoger is dan dat die was in het jaar 2021. Laten we eens kijken wat er gebeurd als we cijfers corrigeren voor de in aanmerking genomen afschrijvingen omdat dat wat mij betreft een eerlijker beeld zou geven.

 

FY 2022

FY 2021

Omzet

386,2

272,7

Kosten (excl. afschrijvingskosten)

302,9

215,9

Winstmarge voor belastingen in miljard dollars

83,3

56,8

Winstmarge in procenten

27,5%

26,3%

Als we dus een correctie voor de in aanmerking genomen afschrijvingskosten maken dan blijkt dat hoewel de jaarwinst van Shell in 2022 veel hoger was dan in 2021, de winstmarge van Shell in het boekjaar 2022 dus helemaal niet zoveel is toegenomen ten opzichte van de winstmarge in 2021. Dus waarom spreken we dan in 2022 ineens over woekerwinsten terwijl we daar in 2021 eigenlijk niet zo veel over hebben gehoord? Alleen maar omdat de absolute totale winst zo veel hoger is in het boekjaar 2022? (De media heeft het veelal over 42,3 miljard dollar voor het boekjaar 2022 versus 20,1 miljard in het boekjaar 2021. (NB Dit is het vergelijk tussen de winsten na belasting zoals de media die hanteert)) Of is het gewoonweg omdat politici in de oliereus Shell een ‘gewillig’ slachtoffer heeft gevonden om ten tijden van een beginnende verkiezingsstrijd in te spelen op de onvrede die speelt bij de kiezer in de hoop zo stemmen binnen te halen?

En dus vraag ik me af of we als we willen bepalen of een bedrijf woekerwinsten maakt we niet naar de gerealiseerde winstmarges moeten kijken in plaats van naar het absolute bedrag aan winst (voor belastingen) dat een bedrijf in een bepaald boekjaar heeft gerealiseerd?

 

 

Copyright – internationaltaxplaza.info

 

 

Follow International Tax Plaza on Twitter (@IntTaxPlaza)

 

 

Submit to FacebookSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn
INTERESTING ARTICLES